Beware. You are currently visiting the website in English. Information of the Dutch variant is now shown.
NBN EN ISO 13919-2:2021

Elektronen- en laserstraalgelaste verbindingen - Eisen en aanbevelingen voor kwaliteitsniveaus voor imperfecties - Deel 2: Aluminium, magnesium en hun legeringen en zuiver koper (ISO 13919-2:2021)

ACTIVE

About this standard

Languages
German, English and French
Type
NBN
Status
ACTIVE
Publication date
24 March 2021
Replaces
NBN EN ISO 13919-2/A1:2004, NBN EN ISO 13919-2:2001
ICS Code
25.160.40 (Welded joints and welds)

About this training

Summary

Dit document geeft advies over niveaus van onvolkomenheden in lasverbindingen met elektronen- en laserstralen in aluminium, magnesium en hun legeringen en puur koper. Er worden drie niveaus gegeven zodat toepassing voor een breed scala aan gelaste constructies mogelijk is. De niveaus verwijzen naar de productiekwaliteit en niet naar de geschiktheid voor het beoogde doel van het vervaardigde product.
Dit document is van toepassing op elektronen- en laserstraallassen van:
— aluminium en zijn legeringen;
— magnesium en zijn legeringen;
— zuiver koper (bv. Cu-ETP1 CW003A, Cu-ETP CW004A, Cu-FRHC CW005A, Cu-FRTP CW006A, Cu-OF1 CW007A, Cu-OF CW008A, Cu-OFE CW009A, Cu-PHC CW020A, Cu-HCP CW021A, Cu-PHCE CW022A, Cu-DLP CW023A, Cu-DHP CW024A);
— alle soorten lassen gelast met of zonder extra toevoegdraad;
— materialen met een dikte van 0,5 mm of meer voor elektronen- en laserstraallassen.
Wanneer significante afwijkingen van de in dit document vermelde voeggeometrieën en -afmetingen aanwezig zijn in het gelaste product, moet worden beoordeeld in hoeverre de bepalingen van dit document van toepassing kunnen zijn.
OPMERKING Voor ronde lassen kan een lager kwaliteitsniveau worden opgegeven voor de fade-outzone.
Metallurgische aspecten, b.v. korrelgrootte, hardheid, waterstofbrosheid (puur koper) vallen niet onder dit document.
Dit document is rechtstreeks van toepassing op visueel onderzoek van lassen en bevat geen details over aanbevolen methoden voor detectie of dimensionering met andere niet-destructieve middelen. Er zijn problemen bij het gebruik van deze limieten om geschikte criteria vast te stellen die van toepassing zijn op niet-destructieve testmethoden, zoals ultrasone, radiografische en penetranttesten, en ze moeten mogelijk worden aangevuld met vereisten voor inspectie, onderzoek en testen.