Dit document specificeert de algemene veiligheidseisen voor machines voor gebruik op de weg.
Dit document behandelt de significante gevaren die voorkomen bij machines voor gebruik op de weg, wanneer ze worden gebruikt zoals bedoeld en onder omstandigheden van verkeerd gebruik die redelijkerwijs door de fabrikant kunnen worden voorzien in verband met de gehele levensduur van de machine (transport, montage, demontage, uitrusting in service en buitendienststelling, onderhoud, verplaatsing ter plaatse, opslag, buitenbedrijfstelling en sloop).

OPMERKING De eisen die in dit deel van de norm worden gespecificeerd, gelden voor twee of meer families machines voor gebruik op de weg.
Dit document bevat veiligheidseisen voor alle soorten machines voor weggebruik en moet worden gebruikt in combinatie met een van de delen x tot xx.

Deze machinespecifieke onderdelen herhalen niet de eisen uit deel 1, maar vullen of wijzigen de eisen voor het betreffende type wegtransportmachine aan.

Deze Europese norm is van toepassing op:

a) Wegdekreinigingsmachines (zoals momenteel gedefinieerd in EN 15429-1)
b) Winterdienstmachines (zoals gedefinieerd in groep 1 en 2 van EN 15144)
c) Wegenwachtonderhoudsmachines voor:
 gras maaien (zie clausule 3.1.1.1 van EN 15436-1:2008)
 struiken/ heggen snoeien (zie clausule 3.1.1.2 van EN 15436-1:2008)
 mechanisch snijden van planten/ takken (zie clausules 3.1.2 en 3.2.3 van EN 15436-1:2008).
Deze norm behandelt:
a) apparatuur die permanent op transportvoertuigen is gemonteerd
b) verwisselbare apparatuur
c) zelfrijdende machines met een geïntegreerd speciaal ontworpen chassis
d) getrokken machines
e) interfaces.
Voor multifunctionele machines moeten de delen van de norm worden gebruikt die de specifieke functies en toepassingen dekken, b.v. veegmachines die worden gebruikt voor het verspreiden van dooimateriaal of sneeuwruimmachines met bezems en ploegen moeten de relevante eisen van prEN xxx delen x, x, x toepassen.
Machines voor wegverkeer binnen het toepassingsgebied van prEN xxx delen x tot x kunnen verwisselbare hulpapparatuur omvatten binnen het toepassingsgebied van prEN xxx deel x, hetzij als integraal onderdeel van de constructie, hetzij als onderling uitwisselbaar gemonteerd materieel.