Dit technisch rapport beveelt een reeks richtlijnen aan om interoperabiliteit op transmissieniveau te waarborgen, te gebruiken in combinatie met de Europese norm (EN) voor het semantische gegevensmodel van de kernelementen van een elektronische factuur en de andere bijbehorende producten. De Richtlijnen zijn van nature niet-prescriptief en niet-bindend.
Deze richtlijnen houden rekening met de volgende aspecten:
1) best practices aanbevelen voor gebruik op transmissieniveau
2) ondersteuning van interoperabiliteit tussen alle partijen en systemen die moeten interageren en binnen de verschillende operationele modellen die gemeenschappelijk worden gebruikt
3) zorgen voor een gelijk speelveld voor de verschillende operationele modellen en bilaterale implementaties en voor het gebruik van bestaande en toekomstige infrastructuren die e-Invoicing ondersteunen
4) bevordering van een gemeenschappelijke terminologie en niet-eigendomsnormen voor transmissie en aanverwante gebieden
5) het waarborgen van de authenticiteit van herkomst en integriteit van de inhoud van elektronische facturen
6) advies geven over gegevensbescherming, over het mogelijk maken van formaatconversie en over de leesbaarheid van e-facturen, inclusief het gebruik van leesbare visuele presentaties, zoals vereist
7) begeleiding bij identificatie, adressering en routering
8) het identificeren van vereisten voor solide juridische kaders en governanceregelingen
9) het erkennen van de rollen van handelspartijen, aanbieders van oplossingen en diensten en aanbieders van gerelateerde infrastructuur.
De doelstellingen van de richtlijnen zijn:
10) ondersteuning van de implementatie van de EU-richtlijn 2014/ 55/ EU inzake e-facturering en het basisfactuurmodel
11) beste praktijken en aanbevelingen voor normen voor te stellen om elektronische uitwisseling van e-facturen en gerelateerde gegevens tussen deelnemers mogelijk te maken door een basis te bieden voor interoperabiliteit op transmissieniveau, op basis van gemeenschappelijke vereisten en scenario' s
12) het faciliteren van Straight Through Processing (STP) door de belangrijkste actoren in de toeleveringsketen (kopers, verkopers, belastingautoriteiten, agenten, banken, service- en oplossingsaanbieders, enz.)
13) een reeks niet-prescriptieve en niet-bindende richtlijnen en aanbevelingen te verstrekken die van toepassing zijn op alle gangbare operationele modellen voor de uitwisseling en verzending van e-facturen, en tegelijkertijd aanbevelingen te doen die specifiek zijn voor elk van de gemeenschappelijke operationele modellen.
Om deze doelstellingen te bereiken, zijn de richtlijnen gebaseerd op de volgende vereisten en leidende principes:
14) de noodzaak om de verzending van e-facturen en gerelateerde documenten van het systeem van de verzendende handelspartij naar het systeem van de ontvangende handelspartij te dekken, inclusief verzendingsproblemen voor tussenliggende platforms
15) de noodzaak om elke verkoper in elk Europees land (EU, EER en Zwitserland) toe te staan facturen te bezorgen aan elke koper op elke locatie in een ander Europees land (EU, EER en Zwitserland)
16) de noodzaak om alle gangbare factureringsprocessen en werkwijzen te ondersteunen
17) de noodzaak om verenigbaar te zijn met het huidige wet- en regelgevingskader voor de uitwisseling van e-facturen en aanverwante gegevens
18) de noodzaak om de Europese norm en andere algemeen aanvaarde inhoudsnormen te ondersteunen
19) de noodzaak om ervoor te zorgen dat andere documentuitwisselingen dan e-facturering kunnen worden ondersteund
20) de noodzaak om duidelijke grenzen te stellen tussen de samenwerkings- en concurrentiedomeinen
21) de noodzaak om concurrentie tussen bedrijfsmodellen, oplossingen en dienstverleners mogelijk te maken en innovatie te bevorderen
22) de noodzaak ervoor te zorgen dat de Europese toeleveringsketens een geïntegreerd en concurrerend onderdeel van de wereldeconomie blijven
23) de noodzaak om netwerkeffecten te bevorderen die leiden tot de ontwikkeling van kritische massa aangezien e-facturering de dominante manier van factureren wordt (netwerkeffecten leiden ertoe dat een dienst waardevoller wordt naarmate meer handelspartijen er gebruik van maken, waardoor een virtuele cirkel en een groter momentum ontstaat voor adoptie).
De volgende items worden geacht tot het concurrentiedomein te behoren en vallen daarom buiten de reikwijdte van de aanbevelingen:
(...)