Dit document specificeert methoden voor kwantitatieve bepaling van zeven geselecteerde polychloorbifenylen (PCB28, PCB52, PCB101, PCB118, PCB138, PCB153 en PCB180) in grond, slib, sediment, behandeld bioafval en afval met behulp van GC-MS en GC-ECD (zie tabel 2).
De detectiegrens hangt af van de determinanten, de gebruikte apparatuur, de kwaliteit van de chemicaliën die worden gebruikt voor de extractie van het monster en de opruiming van het extract.
Onder de in dit document gespecificeerde voorwaarden kan een ondergrens van toepassing van 1 μg/ kg (uitgedrukt als droge stof) voor grond, slib en bioafval tot 10 μg/ kg (uitgedrukt als droge stof) voor vast afval worden bereikt. Voor sommige specifieke monsters kan de grens van 10 μg/ kg niet worden bereikt.
Slib, afval en behandeld bioafval kunnen verschillen in eigenschappen, evenals in de verwachte verontreinigingsniveaus van PCB' s en de aanwezigheid van storende stoffen. Deze verschillen maken het onmogelijk om één algemene procedure te beschrijven. Dit document bevat beslistabellen op basis van de eigenschappen van het monster en de toe te passen extractie- en opruimprocedure.
OPMERKING De analyse van PCB' s in isolatievloeistoffen, aardolieproducten, afgewerkte oliën en waterige monsters wordt vermeld in respectievelijk EN 61619, EN 12766-1 en EN ISO 6468.
De methode kan worden toegepast op de analyse van andere PCB-congeneren die niet in de scope zijn gespecificeerd, op voorwaarde dat de geschiktheid wordt aangetoond door deugdelijke interne validatie-experimenten.